Laat me je meenemen naar rommelmarkten en beursjes, naar Oostende en omstreken, naar de zee en de duinen, naar tweedehandswinkels en doe-het-zelf-projectjes, naar overzeese avonturen, maar vooral... laat me je meenemen naar mijn thuis.

woensdag 28 januari 2015

Thailand deel 5: Koh Bulon Leh

Ik heb al talloze keren het woord paradijs gebruikt en dat bleek dus volkomen onterecht, want als er 1 eiland met die titel mag gaan lopen, is het wel Koh Bulon Leh... (wil ik maar zeggen hoe belachelijk mooi al deze eilandjes zijn, de een al imposanter dan de andere)


We logeren in het Pannsand Resort, een van de twee resorts die aan het parelwitte zandstrand van het eiland liggen. In dat andere resort logeert onze goede vriend Frank, die hier een maand-en-half zal vertoeven en wiens gezelschap niet meer als een meerwaarde kan zijn voor ons verblijf hier. Hij kent het eilandje al en neemt ons op sleeptouw naar de leukste plaatsen om te chillen, eten en een aperitief/degustief te nuttigen. We ontwikkelen een soort van dagroutine: 's morgen ontbijten we elk in ons resort, daarna maken we ons klaar en spreken we af in 1 van de 2 hotels. Daar eten we dan samen ook de lunch en spenderen we gans de dag (met afkoelen in de azuurblauwe zee, snorkelen, schelpen rapen, in de zon, schaduw of hangmat liggen, schaken, lezen, creatief bezig zijn, bloggen, schrijven,...) tot de avond valt. Dan is het douchen geblazen en aperitieven en eten in een van de lokale restaurantjes. Een routine die ons allen veel te goed smaakt en die wij gerust nog enkele weken gingen volhouden!


Dit eiland heeft een eigen bevolking die leeft van de visvangst en het (gelukkig nog) minieme toerisme. Her en der over het eiland zijn enkele kleine bungalow-resorts verspreid, al dan niet met een eigen restaurantje. De eerste avond gaf Frank ons de raad om de 'Panang Curry' te eten. Natuurlijk was dat pikant, en medium spicy... da's nog altijd PIKANT! Resultaat: zweet, gloeiende lippen, neusloop, buikkrampen en ... als gevolg. Oh my lordie wat was dat zeg! De ganse week heb ik niet meer durven pikant eten! Niet te zeggen dat het eten (need I say it again) altijd even heerlijk was... 


Dus terug naar de dagelijkse routine van het liggen, nietsdoen en genieten van de scenery en het gezelschap. Wat een zaligheid om van 's ochtends tot 's avond eigenlijk niets te doen (behalve het bovengenoemde). Opstaan om 7u30 en gaan slapen om 23u. Bliss! Dus daar lig je dan in de hangmat te chillen, passeert er ineens een anderhalve-meter-lange (!!!) varaan! Lig jij daar met je kont een 30-tal centimeter van de grond... Spannend hoor, zeker als het beest beslist van zich te nestelen onder het terras van Frank z'n hut en af en toe eens komt kijken of jij er nog bent of niet. 's Nachts niet minder: het geluid van een gekko, die zo dichtbij is dat je denkt dat hij naast je hoofd ligt, in je kamer is doodnormaal, al vraag je je natuurlijk wel af waarom dat beest in je kamer op zoek gaat naar eten (hij eet insecten...). Het dierenrijk is hier alom vertegenwoordigt en is met momenten redelijk angstaanjagend (zo'n varanen-exemplaar van 2 meter die tijdens een wandeling even je pad kruist, voelt toch wat monsterachtig aan) en doet je soms eens verschieten, maar er valt mee te leven. 


Even over het hutje van Frank. Dichter bij de zee kan niet, of je ligt erin met hoogtij! De muren aan de zee-kant waren gestut met zandzakjes en 's nachts klotsten de golven met hoog water tegen de muur aan. We denken dat de hut er volgend jaar niet meer zal zijn... Het was weliswaar een prachtige plek om te vertoeven! En we zullen er met veel heimwee aan terug denken.


Onze hut lag niet echt in de zee (gelukkig), maar we lagen desondanks op de 1e rij en hadden frontaal zeezicht. Kan je geloven dat opstaan onder de weerkaatsing van de ochtendzon veel aangenamer was? Onze bungalow had enkel elektriciteit van 18u tot 7u, verbazend genoeg hebben we hier geen enkele hinder van ondervonden. You live by what you got! En tgeen je overdag hebt, kan je met niets vergelijken in België (6 graden hoor ik... 😰)! 

Op dit eiland had je ook rare etablissementen. Het meest absurde vond ik de 'Coconut Bar' midden in de jungle en uitgebaat door een paar Thaise rasta's (met dreads en al!)... Je kon er enkel liggen of zitten op een matje met driehoekskussen aan de laag-bij-de-grondse tafeltjes. Je kon er een grote selectie aan cocktails krijgen en als je sjansje had, werd je gepromoveerd tot dj en mocht je je ipod of iphone gaan opleggen van de baas... Amper verlicht bij nacht en versierd met een klein (niet storend) discolichtje, lig je daar dan. Naar de sterren te kijken en te luisteren naar dub. Hoe grappig is dat niet? 


Aan de vooravond van ons vertrek was het daar, het 'Ik wil ik hier eigenlijk niet weg'-gevoel. Waarom ook? Alles is hier zo aangenaam. De tijd hier is voorbijgevlogen en dat wil zeggen dat het bijna tijd is om echt naar huis te gaan... Nog amper een paar dagen in Bangkok en dan zit dit avontuur er alweer op... But on the bright side: ik zie al mijn familie, vrienden, collega's en m'n kat terug! We zijn er bijna, maar nog niet helemaal! 


Geen opmerkingen: